Hendrikje Jacobs Komin
Hendrikje Jacobs Komin,
geb. op 01-03-1716 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 01-03-1716 te Huijsen,
ovl. op 06-05-1749 te Huijsen; samen met kind,
begr. op 06-05-1749 te Huijsen; Pro Deo,
, -
ORA-184-3179; 04-12-1743: Curators over de persoon van Hendrikje (Jacobs) Comin die 't gebruijk van haar verstand verlooren heeft, mitsgaders tot regeerders van haare goederen,
En Eijndelijk tot voogden over de twee minderjarige nagelaten kinderen van wijlen Gijsbert Fijtussen verwekt aan Hendrikje (Jacobs) Comin, zijn gestelt Theodorus Kanterblom, Elbert Fijtussen en Evert Woutersz
-
ORA-184-3219; 10-01-1744: (1 van 10) Jan Commin en Swaning Tijmensz die als voogden over Claas (Jacobsz) Commin minderjarige nagelaten kind van wijlen Jacob Commin hebben geageert tot reddinge van den boedel metterdood ontruijmdt bij Jacob
Commin tot welker nalatenschap gerigtigt is voornoemde Claas (Jacobsz) Commin en Hendrikje (Jacobs) Commin die een dochter is van Gem: Jacob Commin voor de wederhelft; Hendrikje (Jacobs) Commin is verstandeloos geworden
-
ORA-184-3180; 27-07-1764: Tot voogden over de 2 minderjarige nagelaten kinderen van wijlen Hendrikje (Jacobs) Comin verwekt door Jan (Jansz) Vos, genaamt Ledewijn en Caatje Jans Vos, werden gesteld Jan Vos, Jan Schouw en Jacob Willems Vos
-
ORA-184-3180; 04-10-1765: Akte van bewijs. Jan Vos weduwenaar van wijlen Hendrikje Comin aan welke hij heeft verwekt 2 minderj. kinderen genaamt Ledewijn en Caatje Jans Vos ter Eenre, en Jan Schouw en Jacob Willemsz Vos als dd 27-07-1764
gestelde voogden. Te kennen gevende dat 1e comparante een 2e huwelijk wenst, zijn overeengekomen f 25/kind en opvoeding.- Vader:
Jacob Gerritsz Comin, zn. van Gerrit Jacobsz Comin Schoenmaker en Hendrickje Jans Ouwes Oude de,
geb. op 31-08-1692 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 31-08-1692 te Huijsen,
ovl. op 01-09-1741 te Huijsen,
begr. op 01-09-1741 te Huijsen,
, -
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 9-4-1716: met attestatie naar Amsterdam samen met huisvr. Catrijntje Claas Croon
-
ORA-184-3218A085; 30-01-1733: Reeckening van ontfang en uijtgaave als Jan Gerritsz Commin wegens de nagelaten boedel van beijde wijlen sijn vader Gerrit Jacobsz Commin en Gijsbertje Cornelis met wien deselve Gerrit Jacobsz ten tweede
huijwelijk is getreden, alles op het versoek van de de resp. erffgenamen van beijde deselve. (Veel namen)
Ontvangen: kleine bedragen aan de boedel zoals schoenen, van veel personen, een huijs van f 550, gereedschappen van de Loijerij en touwerij enz. Totale uijtgift f 1.246 en ontfang f 1.235.
Op heden 30-01-1730 heeft Jan Gerritsz Commin ter presentie van Rut Gerritsz Velsen als in huijwelijk hebbende Judit (Gerrits) Commin, in presentie van Jacob (Gerritsz) Commin, en laastelijk Niesje Dirks huijsvrouw van Jan Gerritsz Fiddelefeij
welke Jan Gerritsz Fiddelefeij en Pieter van de Sluijs als in huijwelijk hebbende Rijkje Huijberts Vos verscheijde malen en nu ook versogt sijnde te assisteren bij dese reeckening.
Nicolaas Bilsteijn wordt genoemd als silversmit
-
ORA-184-3178; 17-05-1727:
-
ORA-184-3178; 21-03-1738: Akte van bewijs. Jacob Commin weduwnaar van wijlen Kaatje Claas Kroon ter eenre, en Jan Commin en Swaningh Tijmensz in qualt als voogden over de 2 minderjarige nagelaten kinderen, zijn overeengekomen: f 100, kost en
opvoeding
-
ORA-184-3219; 10-01-1744: (1 van 10) Jan Commin en Swaning Tijmensz die als voogden over Claas (Jacobsz) Commin minderjarige nagelaten kind van wijlen Jacob Commin hebben geageert tot reddinge van den boedel metterdood ontruijmdt bij Jacob
Commin tot welker nalatenschap gerigtigt is voornoemde Claas (Jacobsz) Commin en Hendrikje (Jacobs) Commin die een dochter is van Gem: Jacob Commin voor de wederhelft; Hendrikje (Jacobs) Commin is verstandeloos geworden,
tr. (2)
met Marritje Aris Bos,
tr. (1) op 02-06-1715 te Huijsen; Pro Deo.
- Moeder:
Catrijntje Klaas Croon,
ovl. op 07-10-1727 te Huijsen; DTB-20,
begr. op 11-10-1727 te Huijsen; Impost: f 3,-.
tr. (1) op 07-04-1738 te Huijsen
met
Gijsbert Fijtesz Smit, zn. van Fijtes Elbertsz Smit en Dirckje Cornelis ,
geb. op 17-01-1712 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 17-01-1712 te Huijsen,
ovl. op 28-08-1743 te Huijsen,
begr. op 28-08-1743 te Huijsen; Pro Deo.
Uit dit huwelijk:
| | naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
| 1 | Feijtes | *1739 | Huijsen | †1739 | Huijsen; <= 1740 | | 0 | 0 |
| 2 | Feijtes | *1740 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
| 3 | Gerrit | *1741 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
| 4 | Kaatje | *1742 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
| 5 | Gijsbert | *1743 | Huijsen | | | | 0 | 0 |
tr. (2) op 18-07-1745 te Huijsen; 03-07-1745: Pro Deo
met
Jan Jansz Vos, zn. van Jan Lambertsz Vos Kleijn en Machteltien Pieters Reijn,
geb. op 24-12-1713 te Huisen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 24-12-1713 te Huijsen,
Zie doop Gerritje 21-08-1740: Jan ZWART en Grietje Harmensd,
Zie doop Aeltje Jans 15-04-1736: Jan Jansz VOS en Grietje Ha,
ovl. op 26-02-1788 te Huizen,
begr. op 26-02-1788 te Huizen,
, -
ORA-184-3201A288; 16-09-1746: Magteltje Pieters Weduwe van Jan Lambertsz Vos, nog Jan Jansz Vos, Pieter Jansz Vos, en laastelijk Willemtje Jans Vos en nog als zig sterk makende voor Jan Claas Plijt als in huijwelijk hebbende Lambertje Jans Vos,
alle kinderen en erfgenamen van de gemelde Jan Lambertsz Vos, en verklaarden vercogt te hebben aan Gerrit en Jan Duurkant woonende te Blaricum, een huijsje en erve met een Campje land (1 schepel) annex binnen desen dorpe belent Willem Koij ten
Noorden en de kinderen van Dirk Tijmensz Cos ten zuijden voor f 125
-
ORA-184-3180; 04-10-1765:,
tr. (1)
met Grietje Harmens ,
tr. (3)
met Fijtje Jans Wortel,
tr. (4)
met Mattien Pieters ,
tr. (5)
met Lambertje Lamberts Prins.
Uit dit huwelijk:
| | naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
| 1 | Kaatje | *1746 | Huijsen | †1788 | Huijsen | 42 | 0 | 0 |
| 2 | Ledewijn | *1747 | Huijsen | †1811 | Huizen; wonende N 4; 66 jaren; ongehuwd | 64 | 0 | 0 |
| 3 | Magteltje | *1748 | Huizen | | Huijsen; <= 1764, ORA-184-3180; 27-07-1764 | | 0 | 0 |